Hart- en vaatziekten zijn in onze samenleving een belangrijke doodsoorzaak. Voor de patiënten veroorzaken ze veel pijn en verdriet. Hoe ontstaan hart- en vaatziekten? Hoe merkt u of u er last van heeft en hoe kunnen we de kans erop verlagen?

Hoe ontstaan hart- en vaatziekten?

Ziekten van het hart en de bloedvaten komt door het langzaam verstoppen van de bloedvaten. Er ontstaat dan een vernauwing in een ader, waardoor het bloed niet goed meer kan stromen. Als gevolg daarvan krijgen de verschillende weefsels te weinig lucht. Dat kan overal in het lichaam gebeuren.

Kunnen we hart- en vaatziekten voorkomen?

Dat proberen we zo veel mogelijk, onder de noemer ‘Cardio Vasculair Risicomanagement’ ofwel CRVM. Voorkomen is immers beter dan genezen! Als iemand een keer een probleem heeft gehad op dit gebied, proberen we ook te voorkomen dat dit nog een keer gebeurt. Op deze manier willen we de problemen door hart- en vaatziekten kleiner maken.

Hierbij kijken we vooral naar de risico’s die het krijgen op hart- en vaatziekten groter kunnen maken. Sommige zaken, zoals leeftijd en de situatie dat mannen meer risico hebben, kunnen we niet veranderen. Zaken waar we wèl invloed op kunnen hebben, zijn meestal de manier waarop je leeft. Denk aan gezonde voeding, bewegen en een gezond gewicht. Ook roken vergroot het risico op hart- en vaatziekten, daarom is het aan te raden om te stoppen met roken.

Soms is medicatie nodig om andere zaken te veranderen, vooral als iemand hoge bloeddruk heeft of een te hoog cholesterolgehalte in het bloed. Bij sommige ziektes, zoals suikerziekte en reuma, is er een grotere kans om hart- en vaatziekten te krijgen.

Als iemand hart- en vaatziekten heeft is het belangrijk om, waar mogelijk, de gevolgen zoveel mogelijk te verkleinen. Hiermee wordt de kans om weer problemen te krijgen, zoals een hartinfarct of een beroerte, zo klein mogelijk gemaakt.  We proberen de risico’s zoveel mogelijk te veranderen, waarbij medicijnen ook een belangrijke rol spelen.

De meest voorkomende hart- en vaatziekten zijn:

• Angina pectoris
  Als er een vernauwing in een kransslagader op het hart ontstaat, krijgt de hartspier te weinig lucht en krijgt iemand angina pectoris. Als een kransslagader helemaal wordt afgesloten, krijgt een deel van de hartspier helemaal geen lucht meer en gaan cellen kapot waardoor de hartspier minder goed werkt. In dat geval spreken we van een hartinfarct.

• Tia of beroerte
  Ook op andere plaatsen in het lichaam kunnen bloedvaten dicht gaan zitten. In de hersenen kan dat leiden tot TIA’s (dan is er een tijdelijk te weinig aan lucht in een bepaald gebied in de hersenen) of een beroerte (dan sterft een deel van de hersenen af, doordat de bloedtoevoer is afgesloten).

• Etalagebenen
  Als bloedvaten in de benen langzaam verstoppen, kunnen etalagebenen ontstaan. Tijdens het lopen krijgen de spieren niet meer genoeg lucht, waardoor ze gaan verkrampen. Telkens even stil blijven staan helpt dan, totdat de hoeveelheid lucht weer voldoende is aangevuld.

Wat merkt u?

Bij angina pectoris ontstaat pijn op de borst als mensen zich extra inspannen. Bij inspannen heeft het hart namelijk wat meer lucht nodig en dat kan dan moeilijk worden gegeven. De pijn bij een hartinfarct lijkt op die van angina pectoris, maar duurt langer en is meer aanwezig.

Bij een beroerte of TIA zijn drie tekens belangrijk: een scheve mond, verward spreken en denken of een lamme arm. Ziet u iemand met één of meer van deze tekens? Belt u dan direct 112.

Etalagebenen herkent u aan een krampachtige pijn bij het lopen.